Biobrandstoffen in het stemhokje

Slecht nieuws: CDA, CU, PvdA, SP en D66 willen het gebruik van biobrandstoffen in 2030 meer dan verdubbelen. Dat blijkt uit de maatregelenpakketten die partijen lieten doorrekenen door het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL).* De plannen én gevolgen op een rij.

Welke partijen willen meer biobrandstoffen?

In het Klimaatakkoord is een maximum afgesproken voor biobrandstoffen in het wegverkeer in 2030 (60 PJ). D66, CU, PvdA en SP negeren die afspraak en verhogen de inzet van biobrandstoffen (tot 79-88 PJ). Het CDA houdt zich weliswaar aan de afspraak voor het wegverkeer, maar maar wil daarbovenop 21 PJ bijmengen in de luchtvaart. Daarmee kiezen al deze partijen voor een enorme toename in het gebruik van biobrandstoffen. In het geval van D66 gaat het om een verdrievoudiging ten opzichte van 2019. Maar ook CU, PvdA en SP komen daar aardig in de buurt.

*VVD, PVV, FvD en PvdD lieten hun plannen niet doorrekenen door het PBL.

B2222DBE-6748-470C-91EA-85C5499199AD.png

Welke partijen willen minder biobrandstoffen?

GroenLinks wil de inzet van biobrandstof gemaakt van voedselgewassen verbieden. Het is de enige partij die het advies van de Sociaal Economische Raad (SER) over de duurzaamheid van biomassa volgt. Daarin staat dat de productie van biobrandstoffen uit voedsel ongewenst is. Ook is GroenLinks de enige partij die rekening houdt met ‘fair share’ (zie kader hieronder).

Wat is fair share?

Het fair share-beginsel gaat ervan uit dat iedereen op aarde recht heeft op een eerlijk of gelijk deel van de wereldwijde grondstoffen. Ieder land moet eerlijk kunnen omschakelen naar duurzame energiebronnen. Dat betekent dat wij onze hulpbronnen ook eerlijk moeten verdelen. Met dat in gedachte, berekent Natuur & Milieu dat er in 2030 zo’n 48 PJ biobrandstof beschikbaar is voor vervoer. 

4 gevolgen van meer biobrandstoffen

  1. Honderdduizenden tonnen voedsel verdwijnen in onze tank. Zelfs als het aandeel biobrandstof uit voedsel gelijk blijft, heeft dat grote gevolgen. Want dan worden er elk jaar nog vele honderdduizenden tonnen maïs, tarwe, koolzaad- en zonnebloemolie verbrand in auto’s en vrachtwagens.
  2. Grote vervuilers profiteren. De productie van en handel in biobrandstoffen is big business. Grote oliebedrijven, de auto-industrie en de biobrandstoffenindustrie hebben voordeel bij meer biobrandstoffen. Biobrandstoffen-gigant Neste wil in Rotterdam een nieuwe fabriek bouwen voor anderhalf miljard euro. Neste is verantwoordelijk voor de kap van 10.000 hectare regenwoud. De aantrekkelijke markt voor biobrandstoffen trekt bovendien criminelen aan die grof geld verdienen door fraude met grondstoffen. 
  3. Toenemende vraag naar grondstoffen. Nederland zal nog veel meer grondstoffen voor biobrandstoffen importeren. Grondstoffen die de herkomstlanden zelf goed kunnen inzetten voor hun eigen verduurzaming. Nu al komt 90% van de grondstoffen voor de biobrandstoffen die Nederland gebruikt uit het buitenland. Gebruikt frituurvet en dierlijk vet halen we uit meer dan 80 landen.
  4. Klimaatwinst onzeker. Als biobrandstoffen dan tenminste nog voor klimaatwinst zouden zorgen, zou dat de zaak misschien nuanceren. Maar dat is uiterst onzeker. Want het PBL rekent de CO2-uitstoot die vrijkomt bij de verbranding van biobrandstof niet mee. En als de stijging van het biobrandstoffengebruik in Nederland indirect leidt tot meer uitstoot elders in de wereld, is dat ook niet te zien in de cijfers van het PBL.

Wat moet er veranderen? 

Wij roepen de politieke partijen op bij de formatie afspraken te maken:

  • Stop met het gebruik van voedselgewassen als brandstof;
  • Pas de ambities voor het gebruik van biobrandstoffen aan bij de regionaal beschikbare, duurzame reststromen.

 

Word lid van Milieudefensie

Terwijl de klimaatcrisis steeds zichtbaarder wordt, laten politici en grote vervuilers het afweten. In je eentje los je dat niet op. Dankzij onze leden lukt dat wel. We hebben invloed en krijgen veel voor elkaar. Met meer leden kunnen we meer doen. Doe je mee?

Loading...