Nog even snel geld verdienen, terwijl je daarmee de klimaatcrisis versnelt? De Nederlandse overheid wil bedrijven helpen die dat van plan zijn. Via exportkredietverzekeringen van Atradius maakt onze overheid Mozambique afhankelijk van fossiele energie. Help je mee dit te stoppen?
In 2011 is in Mozambique in de kustprovincie Cabo Delgado een enorm nieuw gasveld ontdekt. De internationale gasindustrie stond direct klaar met 50 miljard dollar aan investeringen om het gas op te pompen. Dat is een enorm bedrag (3,5 keer zoveel als het hele Bruto Binnenlands Product (BBP) van Mozambique). Het eerste gas is waarschijnlijk in 2024 klaar voor levering.
Exportkredietsteun is slecht voor mens en milieu
Nederland is mede-verantwoordelijk voor de enorme klimaatschade die met exportkredietsteun gepaard gaat. We maken kwetsbare landen afhankelijk van fossiele brandstoffen. Om maar niet te spreken over mensenrechtenschendingen, landroof en milieuvervuiling. Terwijl we juist wereldwijd moeten investeren in duurzame energie.
Nederlandse bedrijven staan in Mozambique vooraan om geld te verdienen aan het nieuwe gasveld. Zo willen Shell, baggeraar Van Oord en berger Smit Lamnalco meedoen aan het project. Deze partijen hebben contracten afgesloten om een deel van de werkzaamheden uit te voeren. Shell onderzoekt of het een Gas to Liquid-fabriek kan bouwen. Met zo'n fabriek kan gas worden omgezet in benzine of diesel. Dit project gaat ongeveer 3 miljard dollar kosten.
Wat is een exportkredietverzekering?
Bedrijven die in het buitenland handelen, kunnen een exportkredietverzekering aanvragen bij Atradius DSB. Atradius wordt volledig gefinancierd door de overheid. Met ons belastinggeld dus. Bedrijven maken veel gebruik van exportkredietverzekeringen omdat hun projecten vaak risicovol zijn. Als een door Atradius verzekerd project mislukt, dan staat de Nederlandse staatskas dus garant. Hierdoor kunnen grote bedrijven dus vrijwel risicoloos grote infrastructurele projecten in het buitenland starten. En dan zijn de lokale bevolking en hun leefomgeving regelmatig de dupe.
Volgens de Nederlandse overheid helpt dit gasveld Mozambique om zich economisch te ontwikkelen. Nu leeft bijna driekwart van de bevolking in armoede. Mozambique is deels afhankelijk van donorgeld en zit economisch in een dip door een groot corruptieschandaal. De fossiele bedrijven die willen investeren in dit gasveld, brengen volgens de Nederlandse overheid geld en werkgelegenheid naar Mozambique.
De lokale bevolking en ngo’s maken zich grote zorgen over de komst van deze grote bedrijven. De negatieve gevolgen van het project zijn nu al merkbaar. Enkele voorbeelden:
De President van Mozambique, Filipe Nyusi, zei vorig jaar bij zijn herverkiezing dat hij er alles aan zou doen om van het project een succes te maken. Hij beloofde een fonds op te richten om de gasopbrengsten in te zetten voor de ontwikkeling van het land. Uit onderzoeken van journalisten en ngo’s blijkt dat van dit fonds nog niets terecht is gekomen.
De Nederlandse overheid overweegt om een van de gasprojecten in Cabo Delgado via Atradius te steunen. Atradius heeft een aanvraag voor exportkredietverzekering liggen. Buitenlandse media meldden dat Atradius zo’n 600 miljoen euro heeft toegezegd. Maar Atradius weigert dit te bevestigen en wil ook niet zeggen welk bedrijf de aanvraag heeft ingediend.
De Nederlandse exportsteun voor olie- en gasprojecten maakt landen zoals Mozambique afhankelijker van olie en gas. De inwoners zitten niet te wachten op een fossiele inhaalslag. Als deze projecten doorgaan, is het een ramp voor het klimaat, het milieu en de mensenrechten.
Om de klimaatcrisis te stoppen, moet de uitstoot van CO2 sterk omlaag. Dat hebben regeringsleiders afgesproken in het Akkoord van Parijs. Om dan nu een land alsnog afhankelijk te maken van olie en gas is contraproductief. De overstap naar olie en gas maakt Mozambique minder weerbaar, omdat dit producten zijn zonder toekomst. Terwijl er in Mozambique juist volop kansen zijn voor zon- en windenergie.