Hoe wordt de CO2-uitstoot van grote bedrijven berekend?

Gezonde bedrijven hebben een goed klimaatplan. In dat klimaatplan moet onder andere staan dat de CO2-uitstoot omlaag gaat. Hoe wordt die uitstoot eigenlijk berekend? Je leest het in dit artikel.

We lieten de klimaatplannen van 29 grote vervuilende bedrijven onderzoeken. Wat blijkt? De klimaatplannen zijn onvoldoende. Alleen als íedereen meedoet, kunnen we de grootste klimaatrampen nog voorkomen. Samen pakken we grote vervuilers aan. Help je mee? Onderteken de oproep.

3 soorten uitstoot (scopes)

De uitstoot van een bedrijf is onder te verdelen in 3 soorten, ook wel ‘scopes‘ genoemd. Het is een behoorlijk technisch verhaal. Daarom geven we je telkens een aantal voorbeelden. En deze infographic geeft je alvast een handig overzicht van de verschillen tussen de 3 scopes.

De tekst loopt door onder het plaatje.

Een illustratie van de 3 scopes, met de nadruk op scope 3

Scope 1: eigen productieproces (directe uitstoot)

Scope 1 is redelijk makkelijk in kaart te brengen. Dit is namelijk de uitstoot die in de lucht komt door de directe eigen productieprocessen. Hierbij worden olie, kolen en gas verbrand. Bijvoorbeeld om machines te laten draaien in de fabriek, producten te transporteren, of het reilen en zeilen op kantoor. Vaak is scope 1 het kleinste deel van de uitstoot, maar helaas ook vaak de enige uitstoot waarover een bedrijf rapporteert.

Voorbeeld A - Koekjes
Om koekjes te maken zijn machines en fabrieken nodig. Helaas draaien die machines meestal nog op olie, kolen en gas. Ook het transport van de koekjes gaat nog vaak met diesel vrachtwagens. 

Voorbeeld B – Shell
Scope 1 is in het geval van Shell het aller- allerkleinste deel van de uitstoot. Toch pronkt de oliereus vaak met de vergroening hiervan. Shell deed bijvoorbeeld mee aan de Week Zonder Vlees. Deze vergroening op kantoor is een ontzettend kleine druppel op een hele gloeiende plaat. Dit is dus misleiding. Oftewel greenwashing: je groener voordoen dan je eigenlijk bent.

Scope 2: ingekochte energie (indirecte uitstoot)

Onder scope 2 valt alle uitstoot die is vrijgekomen bij het produceren van de ingekochte energie. Deze uitstoot heeft dus al plaatsgevonden vóór het gebruik ervan. Het is daarom ook wel indirecte uitstoot te noemen. Scope 2 is vaak wat moeilijker in kaart te brengen, maar omvat wel een deel van de uitstoot en is zeker de moeite waard om aan te pakken.

Voorbeeld A - Koekjes
Om de koekjesfabriek te laten draaien, zijn brandstoffen en elektriciteit nodig. Deze worden ingekocht. En bij het produceren van brandstoffen en elektriciteit is al vóórdat de fabriek het gebruikt uitstoot veroorzaakt. Oplossingen om scope 2 te verlagen is eigenlijk hetzelfde als bij scope 1: bijvoorbeeld overstappen naar een duurzamere energieleverancier of het leggen van zonnepanelen.

Voorbeeld B – Shell
Het klinkt misschien gek, maar ook Shell koopt energie in. Onlangs was bijvoorbeeld nog in het nieuws dat er een lading olie vanuit Rusland werd ingekocht. Een behoorlijk schandaal, want onder andere met het geld dat Shell hiervoor heeft betaald, kan Poetin zijn oorlog in Oekraïne betalen.

Scope 3: de rest (de verborgen boosdoener)

Scope 3 is de verborgen boosdoener - het spreekwoordelijke addertje onder het gras. Deze scope bevat namelijk de uitstoot die komt kijken bij het gebruik van grondstoffen, basismaterialen én - vooral - de uitstoot die wordt veroorzaakt door het gebruik van de producten na verkoop. Dit is in de meeste gevallen het allergrootste gedeelte. Soms wel 85%!

Maar helaas is deze scope ook het lastigst om te meten. Laat staan dat er voldoende aan gedaan wordt. Want om scope 3 te verlagen, moet een bedrijf eigenlijk veel minder of hele andere producten gaan produceren en verkopen. Deze scope is dus cruciaal voor een goed klimaatplan. En die houden we daarom ook extra goed in de gaten.

In deze infographic zie je de 15 soorten uitstoot die tot scope 3 behoren (upstream + downstream):

Illustratie die scoop 3 uitlegd

Voorbeeld A - Koekjes
Om koekjes te maken zijn ingrediënten nodig, zoals melk en boter. Die komen van koeien. Voor koeien is ontzettend veel veegrond en veevoer nodig. Dat is niet duurzaam. Een oplossing? Veganistische koekjes!

Hiernaast worden koekjes vaak verpakt in karton, of erger, plastic. Na de verkoop van de koekjes gaat de uitstoot dus door. De consument gooit de verpakking bijvoorbeeld weg en deze moet verwerkt worden door een afvalbedrijf. Daarbij komt CO2 in de lucht. Mogelijke oplossingen zijn dus minder verpakkingen en die verpakking ook beter recyclebaar of biologisch afbreekbaar maken.

Voorbeeld B – Shell
Shell verkoopt natuurlijk een hoop olie en gas (dat is de kern activiteit van Shell). Als consumenten olie en gas verbranden, komt er CO2 in de lucht. Denk bijvoorbeeld aan autorijden, de verwarming aanzetten of een machine laten draaien. Dit is verreweg het grootste deel van de uitstoot die Shell veroorzaakt.

Toch wil Shell hier geen verantwoordelijkheid voor nemen. Maar stel je eens voor... dat Shell alleen nog maar duurzame energie zou produceren, zoals van de wind en de zon ... Dat zou een enorm grote positieve impact hebben. Niet alleen voor de scope 3 van Shell, maar ook voor de scope 2 (en 1) van andere bedrijven.

Precies om deze reden kun je Shell ook wel zien als systeemspeler: een bedrijf dat veel impact én dus ook veel verantwoordelijkheid heeft. Daar was de rechter het mee eens. In onze klimaatzaak tegen Shell heeft de rechter daarom besloten dat Shell snel moet vergroenen. Mooi zo!

Bekijk de video

In deze (Engelse) video wordt het verschil tussen de 3 scopes nog eens kort en bondig voor je uitgelegd. Hopelijk geeft dat nog wat extra duidelijkheid.

 
Foto bovenaan de pagina: een grote kolencentrale bij zonsondergang, met veel rookpluimen van CO2-uitstoot.

Word lid van Milieudefensie

Terwijl de klimaatcrisis steeds zichtbaarder wordt, laten politici en grote vervuilers het afweten. In je eentje los je dat niet op. Dankzij onze leden lukt dat wel. We hebben invloed en krijgen veel voor elkaar. Met meer leden kunnen we meer doen. Doe je mee?

Loading...