Bomen én banen

Eerlijke en duurzame handel, fossielvrij beleggen en groene pensioenen: vakbonden en milieubeweging zijn het over veel dingen eens. Wat doen ze samen om die doelen te bereiken?

0f578e8f-8525-43c0-ba74-6cda91975ebe.png


Onze economie moet fundamenteel anders worden ingericht: van fossiel naar groen. Die omschakeling moet rechtvaardig zijn, vinden vakbond en milieubeweging eensgezind. Omdat de klimaatcrisis geworteld is in het kapitalistische economische systeem, dat gebaseerd is op uitbuiting van mens en planeet. Omdat de rekening van de omwenteling niet alleen bij burgers moet komen te liggen, maar vooral bij de grote vervuilers. Én omdat iedereen nodig is om die transitie tot een succes te maken. In de woorden van Bas van Weegberg, lid van het dagelijks bestuur van de FNV: “Met de macht van de vakbond in de rug, kunnen we werkgevers dwingen in veel sneller tempo te verduurzamen. Samen met de milieubeweging werken we aan een rechtvaardig klimaatbeleid, betaalbaar voor iedereen, en een duurzame samenleving.”

Het idee van een rechtvaardige transitie is niet nieuw. De term werd in de jaren 90 voor het eerst gebruikt door vakbonden in de Verenigde Staten. Tony Mazzocchi, vakbondsleider van de United Gas, Coke, and Chemical Workers’ Union, was er zelfs in de jaren 60 al mee bezig. Hij las Silent Spring, de beroemde studie van bioloog Rachel Carson, waarin zij beschrijft hoe het gebruik van pesticiden enorme milieuschade aanricht. Als dat zo is, dan loopt de gezondheid van de fabrieksarbeiders die met grote hoeveelheden van dezelfde stoffen werken ernstig gevaar, redeneerde Mazzocchi. Vanaf dat moment werkte hij aan het bij elkaar brengen van milieu- en vakbeweging. Hij en andere voorstanders van die samenwerking wilden spanningen tussen beide bewegingen wegnemen en samenwerking stimuleren. Het idee dat de strijd voor bestaanszekerheid en die voor een schoner milieu elkaar niet in de weg hoeven te zitten, werd samengevat in het begrip ‘rechtvaardige transitie’.

Balanceeract

In de praktijk lijken de belangen van vakbond en milieubeweging toch makkelijk te botsen. Neem de actie bij het Sterrebos begin vorig jaar, waar werknemers van autofabrikant VDL Nedcar en milieuactivisten recht tegenover elkaar stonden. Een groot deel van het bos moest worden gekapt, zodat Nedcar uit kon breiden. Het is een tegenstelling die door Nedcar effectief werd ingezet: als je kiest voor bomen, dan kies je tegen banen. Die tegenstelling doorbreken is niet altijd makkelijk. De samenwerking tussen vakbond en milieu­ beweging heeft vaak dan ook veel weg van een balanceeract. Milieuactivisten die pleiten voor het sluiten van kolencentrales, hebben niet altijd voldoende oog voor de sociale gevolgen – dat mensen hun baan verliezen bijvoorbeeld. En niet alle vakbondsactivisten vinden dat de bond zich moet bezighouden met het klimaat; die is er voor werk en inkomen. Bij een voor de vakbond belangrijk thema als gezondheidsrisico’s van slechte arbeidsomstandigheden bijvoorbeeld wordt de koppeling met milieuproblemen – ondanks het werk van Mazzocchi – niet snel gelegd.

FNV klimaatvisie
De klimaatvisie van de FNV stamt uit 2018. Binnenkort stemmen de leden over een vernieuwde versie.
Belangrijke punten:
• Nadruk op werk en inkomen: werknemers die hun baan of functie verliezen, moeten zich kunnen om- of bijscholen.
• Compensatie bij inkomensverlies.
• Eerlijke, groene banen met voldoende bestaanszekerheid en fatsoenlijke arbeids­voorwaarden en -omstandig­heden.
• Lagere inkomens en kwetsbare groepen mogen niet voor de gevolgen van klimaatmaatregelen opdraaien.
• Solidariteit houdt niet op bij de grens: de oneerlijke verdeling van lusten en lasten treft nu de armste landen het zwaarst.

Solidair

Toch is de overlap tussen de doelen die vakcentrale FNV en Milieudefensie zich stellen groot. De strijd tegen energie-armoede en vóór eerlijke en duurzame handel, fossielvrij beleggen en groene pensioenen, bijvoorbeeld. Dat landen en bedrijven moeten handelen in lijn met het akkoord van Parijs staat voor beiden vast, maar na de onvermijdelijke sluiting van kolencentrales moeten medewerkers zich wel kunnen omscholen of nieuw werk vinden. Inmiddels is er een Kolenfonds opgericht, dat werknemers ondersteunt bij sluiting van een centrale. Ook bij Tata Steel moet het roer drastisch om, wil het bedrijf kunnen overleven in een duurzame toekomst. Daar namen werk­ nemers en vakbond zelf het initiatief met een plan voor ‘groen staal’.

Sinds een jaar kent de FNV ook een ‘Netwerk Klimaat’, waar vakbondsleden elkaar kunnen ontmoeten, hulp vragen en plannen maken voor rechtvaardige verduur­zaming. Samen met Milieudefensie werd Jouwbedrijftoekomstproof.nl ontwikkeld, inclusief stappenplan dat werknemers en ondernemingsraad helpt om invloed uit te oefenen binnen hun bedrijf en (klimaat) plannen te beoordelen.

Via de ondernemingsraad of vakbond je werkgever aanzetten tot klimaatactie, hoe gaat dat in zijn werk? 4 mensen vertellen hun verhaal.

Marco van Roosendaal (51)

Marco van Roosendaal (51)
Operationeel medewerker overslagbedrijf EMO

“Als vakbondsleden van FNV Havens hebben we keihard gevochten voor een Kolenfonds. Sluiting van energiecentrales, uiterlijk in 2030 vanwege de klimaatdoelen, heeft namelijk ook consequenties voor werknemers in de havenbedrijven die de kolen voor die centrales op- en overslaan. Onderzoek heeft uitgewezen dat het in de hele kolenketen – energiecentrales, op- en overslag kolen en transport – in totaal om zo’n 2.800 banen gaat.

Omdat wij als havenwerkers aanvankelijk vergeten werden als het om sluiting van energiecentrales ging, hebben we in een vroeg stadium aan de bel getrokken in Den Haag. Er waren behoorlijk wat acties en demonstraties nodig om te bereiken wat we nu hebben bereikt. Namelijk een pot met 22 miljoen euro die werknemers in de kolen­keten compenseert als ze werkloos worden, in een nieuwe baan minder verdienen of om- of bijgeschoold moeten worden. ­Havenwerkers van het Amsterdamse overslag­bedrijf OBA, die hun baan kwijtraakten door sluiting van de kolengestookte Hemwegcentrale, hebben daar al gebruik van kunnen maken.

“We hebben keihard gevochten voor een Kolenfonds”

Wij leveren onder meer aan de Onyx-kolencentrale op de Maasvlakte. Die zou in maart 2022 dichtgaan, maar vanwege de oorlog in Oekraïne ging dat niet door. We hebben nu meer werk dan we aankunnen. Door de hoge gasprijs zijn de kolen niet aan te slepen. En dat zal nog wel even zo blijven. Kolen zijn nog steeds een belangrijke basis voor elektriciteit.

Al langere tijd zijn we als bulkbedrijf bezig om naar alternatieven te kijken voor kolenoverslag. De overslag voor Duitsland zal nog wel een tijdje doorgaan, omdat de energiecentrales daar pas na 2035 sluiten. Ook voor de Duitse staalindustrie zijn we een belangrijke toeleverancier op het gebied van coking coal (steenkolen waarvan cokes gemaakt kan worden, een zuiverder brandstof – red.), maar ook voor ertsen. Als de kolengestookte centrales in Nederland dicht zijn, zullen we meer ertsen en derivaten ­­op- en overslaan. Er worden nu al geen nieuwe mensen meer aangenomen. EMO was bezig ‘kleiner te groeien’.

Hoewel het klimaat heel belangrijk is, vind ik het vreemd dat Nederland, met de meest moderne en schone energiecentrales van Europa, tot sluiting overgaat terwijl er nog onvoldoende alternatieven zijn. Gaan we straks smerige bruinkool uit Duitsland importeren? Voorlopig ben ik niet zo bang om mijn baan als operationeel medewerker bij EMO te verliezen. Mocht dat toch gebeuren, dan vind ik wel weer ander werk, vermoed ik. Mijn hart ligt in de haven. Maar door een studie arbeidsrecht en industriële automatisering, die ik tussendoor heb gedaan, kan ik ook op andere plekken aan de bak.”

Mustapha Skraoui (52)

Mustapha Skraoui (52)
Energiebespaarcoach

“Ik heb ruim 20 jaar bij Nedcar gewerkt en ik was als vakbondslid actief in de ondernemingsraad. Bij de zoveelste reorganisatie ben ik met een sociaal plan vertrokken. Daarna volgden andere banen, zoals in de gemeentelijke schuldhulpverlening hier in Kerkrade. Toen ik vorige zomer een advertentie zag van de WoonWijzerWinkel Limburg waarin energiebespaarcoaches werden gevraagd, hoefde ik niet lang na te denken. Ik wil heel graag iets betekenen voor de medemens. Het leek me heel belangrijk burgers rond het sociaal minimum te adviseren over hoe ze hun energierekening omlaag kunnen krijgen. Met ruim honderd energiecoaches gingen we na een tweedaagse training aan de slag.

“De kunst is vertrouwen te winnen”

Mensen met een laag inkomen, bijvoorbeeld bijstand of AOW, krijgen hier in Zuid-Limburg van de gemeente een tegoedbon van 250 euro voor energiebesparende maat­regelen. Ze mogen ook een energiebespaarcoach langs laten komen voor advies. Samen met de bewoner neem ik de jaarrekening door en inspecteer ik het huis van zolder tot kelder. We kijken naar simpele maatregelen zoals radiatorfolie, ledverlichting en ventilatoren voor de erwarming. Dat kan al gauw een besparing van 10 tot 15 procent op de energierekening opleveren. Met gedragsverandering, zoals minder lang ­douchen en de verwarming lager zetten, kun je ook flink besparen. We analyseren ook de buitenkant van de woning voor mogelijke isolatiemaatregelen en wijzen op subsidies voor verduurzaming. In een gratis vervolgafspraak helpen we met het installeren of aanbrengen van kleine bespaarmaat­regelen.

Het gaat erom dat onze hulp laagdrempelig is en niet afschrikt. Bij mensen die niet direct reageren, doen we ook aanbelacties. De kunst is vertrouwen te winnen. Je komt immers achter de voordeur bij mensen die vaak de eindjes nauwelijks aan elkaar kunnen knopen. Mensen die de slechtst geïsoleerde woningen hebben en de hoofdprijs voor gas en licht betalen. Er is veel ellende; bij sommigen gaat meer dan een derde van de uitkering op aan energiekosten. Ik ben er trots op dat ik mensen mag helpen die vaak ten einde raad zijn – elke besparing is meegenomen. Het is schrijnend, maar de keuze is vaak: koken of stoken. Onze hulp wordt erg gewaardeerd.

Als energiebespaarcoaches leveren we een nuttige bijdrage, vind ik. We proberen mensen echt te helpen de energierekening omlaag te krijgen. En ze ervan bewust te maken dat ze zuiniger kunnen omgaan met energie. Dat je zelf ook iets moet doen tegen klimaatverandering. Als we met z’n allen onze ecologische voetafdruk kunnen verkleinen, laten we een leefbaarder wereld achter voor kinderen en kleinkinderen.”

Robin van der Ploeg (38)

Robin van der Ploeg (38)
Actuaris Nationale Nederlanden

“Als verzekeringswiskundige maak ik bijvoorbeeld berekeningen over premies en welke voor­zieningen nodig zijn om aan verplichtingen te v­oldoen. In mijn dagelijkse werk heb ik dus niet direct met klimaat­ verandering te maken. Indirect wel. Toen ik vorig jaar het onderzoek van Milieudefensie zag waaruit bleek dat acht banken en verzekeraars op de lijst van 29 grote vervuilers staan die géén goed klimaatplan hebben, schrok ik wel. Financiële instellingen kunnen qua beleggingsbeleid een enorme stempel drukken op CO2 -reductie, vergroening en verduurzaming.

Als lid van de ondernemingsraad, maar ook met andere actieve FNV-leden die in de financiële dienstverlening werken én via het FNV Netwerk Klimaat, probeer ik dit onderwerp meer op de agenda te krijgen. Hoe kun je op de werkvloer het aandeel van jouw bedrijf in klimaatverandering oppakken? Bij de thema-avond die we eerder dit jaar als FNV samen met Milieudefensie organiseerden, was de opkomst groot. We hebben per bedrijf – banken, verzekeraars, pensioenfondsen – groepjes geformeerd om te inventariseren wat er binnen onze bedrijven gebeurt op het gebied van klimaat. We kijken nu of er een klimaatplan is. En als het er is, hoe dit plan scoort in de klimaatcrisisindex van Milieudefensie. Als dit nog onvoldoende is, proberen we druk uit te oefenen en verbeteringen af te dwingen.

“Winsten wegen niet op tegen de klimaatschade die fossiele energie veroorzaakt”

Bij het beoordelen van notities of beleidsplannen roepen we inhoudelijke ondersteuning van Milieudefensie en andere externe experts in. Ook proberen we inzicht te krijgen of beleggingen en investeringen langzaam duurzamer worden. Fondsen moeten uiteindelijk groen worden. Ook in de financiële wereld hebben we een enorme inhaalslag te maken. Ik heb het idee dat het echte besef van de gevolgen van klimaatverandering nu pas doordringt. Beter laat dan nooit. Het is mooi dat klimaat steeds meer gaat leven op de werkvloer. Of je nu lid bent van de FNV, Milieudefensie of een andere club – dat maakt niet uit.

Nationale Nederlanden, maar ook andere verzekeraars en banken kunnen in hun investeringsbeleid veel meer doen om de doelen uit het klimaatakkoord te ondersteunen. Hoe? Bijvoorbeeld door te kijken of beleggingen wel in lijn zijn met de klimaatdoelen. Zo niet, door te eisen dat bedrijven en fondsen aan de klimaatdoelen gaan voldoen. En als ze dat niet binnen een of twee jaar doen, eruit stappen. Zoals pensioenfondsen ABP en PME zich hebben voorgenomen. Ook bij het kiezen van nieuwe investeringen moet vergroening op één staan. Nationale Nederlanden belegt ook nog volop in fossiele energie. Daarin is nog steeds enorm veel winst te maken. Maar uiteindelijk weegt dat niet op tegen de klimaatschade die ermee veroorzaakt wordt.”

Berkan Kartal (24)

Berkan Kartal (24)
Magazijnmedewerker bij Albert Heijn

“Mijn vader werkt al heel lang bij Albert Heijn, mijn broer heeft er ook een tijd g­ewerkt en ik nu ook al bijna 6 jaar. Ondertussen heb ik milieuwetenschappen gestudeerd in Wageningen. Ik voel me verbonden met veel verschillende actiegroepen zoals Milieudefensie, FNV, Extinction Rebellion, Scientists Rebellion en een degrowth-groep in Wageningen. Als kleinzoon van een gast­ arbeider voel ik me ook een beetje migrant. Al deze zaken gaan voor mij hand in hand, van de erkenning van het koloniale verleden tot de klassenstrijd.

Ik werk in het landelijke distributiecentrum voor houdbare producten. Er staan hier wel 13 duizend verschillende producten in het magazijn, waarvan heel veel van ver komen. Als ik dat ter sprake breng bij mijn leidinggevenden, zeggen zij dat de klant dat nou eenmaal wil. Maar hoe komen ze aan dat idee? Ik ben zelf toch ook een klant, ik zou het anders willen. Maar jij bent een van de weinigen, zeggen ze dan. Door zo’n antwoord voel ik me buiten spel gezet.

“Als aandeelhouder ben ik werknemer van de CEO, maar ook zijn baas”

Op de vorige aandeelhoudersvergadering heb ik vragen gesteld aan mijn CEO, Frans Muller. Als aandeelhouder ben ik niet alleen zijn werknemer, maar in feite ook zijn baas. Ik heb gevraagd waarom we bij Albert Heijn niet gewoon ons stinkende best doen om te zorgen dat alle mensen een fatsoenlijk leven kunnen leiden. Hij antwoordde dat ik onderschat wat Albert Heijn al doet. Maar volgens mij zijn ze vooral goed in greenwashing. Dan geven ze niet-biologische melk een nieuwe verpakking met minder plastic. Daarmee los je het dierenleed natuurlijk niet op.

Mensen vragen me waarom ik dan niet wegga als ik het bedrijf zo slecht vind. Maar dan sluit ik juist de ogen voor wat ik heb opgemerkt. Voor mij gaat het vooral om oneerlijke arbeidspraktijken. In september beginnen de gesprekken voor de cao van volgend jaar. Dan wil ik het klimaatbeleid ook op de agenda zetten. En de hele keten eerlijker maken, ook voor boeren in andere landen. Als ons die 10 procent loonsverhoging al wordt geweigerd, dan zal het onderaan de keten helemaal niet best zijn.

Natuurlijk mag een bedrijf winst maken, maar het zorgen voor mens en milieu moet op de eerste plaats staan. Zonder een gezonde planeet heb je helemaal niets aan je banen en je winst. Die beleidsverandering komt er niet vanzelf, daarom wil ik mensen organiseren zodat ze niet meer om ons heen kunnen.”

Dit artikel is deels ook gepubliceerd in FNV magazine.

Klimaat-enquête FNV, april 2023

Klimaatbeleid op de agenda
Een meerderheid van de leden (65 procent) vindt dat de FNV de overheid moet aansporen om ambitieus en rechtvaardig klimaatbeleid uit te voeren en bedrijven moet aansporen om duurzamer te worden (63 procent).

Klimaatbeleid op het werk
12 procent vindt dat de werkgever voldoende duidelijk maakt wat het effect is van klimaatbeleid op hun werk, 10 procent vindt dat van de overheid.

Meepraten
64 procent wil dat werknemers kunnen meedenken met de duurzaamheidsplannen van hun bedrijf. 27 procent mag dat ook.

Wie betaalt?
70 procent wil dat de kosten van het Nederlandse klimaatbeleid vooral terechtkomen bij de grootste uitstoters. Top 3 tekorten vakmensen bij uitvoering van klimaatbeleid, sector elektriciteit (bron: UWV.nl):
1. Loodgieters, installateurs — 4.900
2. Elektriciens en monteurs elektrische bedrijfsinstallaties — 4.700
3. Monteurs industriële machines en installaties — 4.500

 

Dit artikel staat in ons magazine Down to Earth. Wil jij een abonnement op Down to Earth? Dat kan. Voor € 35,- per jaar word je abonnee en ontvang je Down to Earth magazine 6 maal per jaar op je deurmat. Als abonnee word je automatisch lid van Milieudefensie. Klik hier om abonnee te worden.

Foto bovenin: demonstratie van o.a. Milieudefensie, Milieudefensie Jong en FNV bij Ahold Delhaize.

Loading...