jaarverslag 2021
Gestopt: steun
voor olie- en gasprojecten buitenland

Milieudefensie, Friends of the Earth Netherlands, maakt deel uit van het wereldwijde netwerk van Friends of the Earth International. We werken nauw samen met onze Friends of the Earth zusterorganisaties in Europa, Azië, Afrika en Latijns-Amerika.

Samen pakken we met steeds meer succes misstanden aan. We doen dat op internationaal niveau, op locatie én in Nederland.

  •  Op internationaal niveau werken we onder andere aan een eerlijke en duurzame economie.
  •  In de betrokken landen versterken we het verzet van gemeenschappen en organisaties tegen ontbossing, milieu-misstanden en schendingen van mensenrechten. Ook zetten we in op verantwoorde landbouw en duurzaam bosbeheer door lokale gemeenschappen, hernieuwbare energie én de bescherming van activisten.
  • In ons eigen land spreken we bedrijven aan die zich elders in de wereld misdragen.

Het is belangrijk dat we in Nederland en Europa snel stoppen met activiteiten die het klimaat en tropische bossen schaden, en mensenrechten schenden. Daarom moeten Nederland en Europa wetten maken zodat Nederlandse bedrijven stoppen met het winnen van fossiele energie en het financieren van industriële landbouw in andere delen van de wereld. We werken hieraan binnen 2 internationale programma’s waarvoor we subsidie krijgen van het Ministerie van Buitenlandse Zaken:

  1. Fair, Green and Global Alliance (FGG) en
  2. Green Livelihoods Alliance (GLA).

1. Fair, Green and Global Alliance (FGG)

De Fair, Green and Global Alliance (FGG) is een samenwerkingsverband van Milieudefensie met Both ENDS, SOMO, Transnational Institute, ActionAid, Schone Kleren Campagne, The Samdhana Institute en IT for Change. Binnen het programma werken we samen met Friends of the Earth Europe, Friends of the Earth International en in 2021 met milieuorganisaties in Mozambique, Nigeria, Argentinië, Bolivia, Brazilië, Colombia en Honduras. Daarmee versterken we de internationale milieubeweging.

De FGG-alliantie werkt aan het eerlijker en groener maken van het beleid van overheden en bedrijven. Samen met onze zusterorganisaties ter plaatse ondersteunen we de strijd van gemeenschappen die hun bos-, vis- en landbouwgrond dreigen te verliezen. Zo willen we bereiken dat het milieu, de natuur en het klimaat gespaard worden en dat mensen in het mondiale Zuiden een goed leven kunnen leiden, zonder armoede.

Terwijl Nederland stapvoets begint om te schakelen op duurzame energie, zijn de Nederlandse regering en het Nederlandse bedrijfsleven nog volop betrokken bij olie- en gaswinning in landen in het mondiale Zuiden. Zij ontwikkelen een fossiele energie-infrastructuur die binnenkort achterhaald is en investeren niet in de ontwikkeling van duurzame energie. Zo draagt Nederland bij aan het verder achterop raken van ontwikkelingslanden. Daarom steunen we milieuorganisaties in Afrika en Latijns-Amerika in hun strijd tegen bestaande en nieuwe olie- en gasprojecten.  

FGG: Wat deden we in 2021?

Latijns-Amerika

We zetten, samen met Latijns-Amerikaanse organisaties, ons onderzoek voort naar de uitbreiding van de fossiele industrie in Latijns-Amerika, en dan met name door Shell. Ook brachten we, samen met deze organisaties, gemeenschappen met elkaar in contact die onder olie- en gaswinningsoperaties lijden of dreigen te gaan lijden. Deze gemeenschappen steunden we in hun nationale en regionale campagnes.

De uitkomst van bovengenoemd onderzoek staat in schril contrast tot de uitspraak van de rechter in onze Klimaatzaak tegen Shell. Uit ons onderzoek blijkt dat Shell gewoon doorgaat met het werven en exploiteren van olie- en gasconcessies. Deze kennis kunnen we op 2 manieren inzetten: in de eerste plaats om Shell te bewegen om zich te houden aan het vonnis van de Klimaatzaak en in de tweede plaats om internationale steun te verwerven voor de campagnes van de Latijns-Amerikaanse groepen.

De plannen van Shell in Zuid-Amerika laten zien dat Shell, en andere olie- en gasbedrijven, handelen in strijd met het Akkoord van Parijs. In 2021 voegden we de lokale cases samen tot een regionale case. De problematiek van de fossiele expansie ontstijgt namelijk het lokale niveau, zelfs als je alleen naar Shell kijkt. Zo kunnen we effectiever inspelen op de tactieken van de fossiele industrie in heel Latijns-Amerika en Afrika.

Rechtszaken tegen Shell

Onze rechtszaken tegen Shell zijn op zichzelf geen onderdeel van FGG, maar met de winst in de Nigeriazaak in januari 2021, en de Klimaatzaak in mei 2021, leverden we wel een grote bijdrage aan 2 belangrijke FGG-doelstellingen wat betreft internationaal maatschappelijk verantwoord ondernemen (IMVO):

1.    Moeder-dochter-aansprakelijkheid  

De uitspraak in de Nigeria-zaak liet zien dat het moederbedrijf Royal Dutch Shell een zorgplicht heeft voor Shell in Nigeria. En de uitspraak in de Klimaatzaak maakte duidelijk dat Royal Dutch Shell verantwoordelijk is voor de CO2-uitstoot van alle Shell-dochters.

2.    Van vrijblijvend tot bindend

Maatschappelijk verantwoord ondernemen was tót de winst van onze Klimaatzaak vrijblijvend. De rechter bepaalde dat de doelstelling van het Parijsakkoord, dat niet door bedrijven is ondertekend, nu ook wettelijk verplicht is voor bedrijven. Deze overwinning wordt internationaal gezien als game changer.

We informeerden groepen over de hele wereld over de uitkomsten van de 2 rechtszaken tegen Shell. Hiermee boden we concrete hoop aan gemeenschappen wereldwijd die lijden onder milieuvervuiling en klimaatverandering. En we gaven milieuorganisaties die deze gemeenschappen ondersteunen een mogelijkheid tot handelen.

Energiehandvest

We bleven ons inzetten voor het ontmantelen van het Energiehandvest (Energy Charter Treaty, ofwel ECT). Handelsverdragen en met name afspraken over investeringsbescherming voor bedrijven versterken de positie van de fossiele industrie. Ze ondermijnen het IMVO-beleid dat wij voorstaan en verhinderen/vertragen de energietransitie en maken deze minder rechtvaardig.

Dit konden we in 2021 zien bij de eerste zogenaamde ISDS-claim van een bedrijf tegen de Nederlandse staat. Energiebedrijf RWE eist 1,4 miljard van de Nederlandse overheid omdat hun Eemshavencentrale in 2030 geen kolen meer mag verbranden. Samen met onze FGG-collega’s kaartten we al jarenlang aan dat landen in het mondiale Zuiden getroffen worden door ISDS-claims. Nu raakt het onze eigen overheid. We haakten hierop aan en de Tweede Kamer is nu ook wakker geschud.

2. Green Livelihoods Alliance (GLA)

De Green Livelihoods Alliance (GLA) is een programma voor de bescherming van tropische bossen en de mensen die daar direct van afhankelijk van zijn. Samen met onze Friends of the Earth zusterorganisaties ter plaatse ondersteunen we de strijd van gemeenschappen die hun bos- en landbouwgrond dreigen te verliezen. Bijvoorbeeld door de aanleg van palmolieplantages en illegale houtkap. Ook werken we in het Just Energy Transition (JET) themaprogramma aan het bevorderen van duurzame energie en het tegengaan van olie- en gaswinning in waardevolle natuur.

Naast Milieudefensie bestaat de alliantie uit SDI (Friends of the Earth Liberia), het Filipijnse NTFP-EP, Gaia Amazonas uit Colombia en de Nederlandse organisaties IUCN NL en Tropenbos International.

In totaal werkt de GLA samen met zo’n 70 milieuorganisaties op het zuidelijk halfrond: naast Friends of the Earth International en Friends of the Earth Europe met Friends of the Earth organisaties en bondgenoten in Argentinië, Colombia, Democratische Republiek Congo, de Filipijnen, Gabon, Ghana, Indonesië, Ivoorkust, Kameroen, Liberia, Maleisië, Mozambique, Oeganda, Paraguay, Sierra Leone en Togo.

Just Energy Transition

Binnen het Just Energy Transition (JET) themaprogramma werkten we in 2021 nauw samen met Friends of the Earth International, Friends of the Earth Europe, Afrikaanse en Latijns-Amerikaanse partnerorganisaties en vele anderen in de strijd tegen voortdurende fossiele investeringen. De inzet: een duurzame, rechtvaardige en inclusieve energietransitie. Onze gezamenlijke strijd leverde in 2021 belangrijke resultaten op. Via overleggen met beleidsmakers, publieke druk via de media, gezamenlijk onderzoek en samenwerking met parlementariërs, droegen we bij aan de verklaring van meerdere landen om te stoppen met fossiele exportsteun, tijdens de klimaatconferentie in Glasgow.

Na stevige druk samen met onze partners ondertekende ook Nederland deze verklaring.

Hernieuwbare energie

De hernieuwbare energiesector groeit exponentieel. Dat is nodig om de overgang van fossiele brandstoffen naar schone energiebronnen te laten slagen en klimaatverandering te beperken. Wind- en zonne-energie worden als duurzame energiebronnen beschouwd maar de winning van de grondstoffen daarvoor gaat vaak gepaard met schendingen van mensenrechten en milieuvervuiling.

Samen met FoE Europe analyseerden we wat de transitie naar duurzame energie betekent voor mens en milieu. Dit deden we via een serie webinars, waarbij het JET-themaprogramma het zuidelijk perspectief inbracht. FoE Europe en de European Environmental Bureau (EEB) bundelden al deze inzichten in de publicatie Green mining is a myth: The case for cutting EU resource consumption.

Deze analyse brachten we vervolgens in bij:

  • een serie online consultaties voor de publicatie Renewable Energy Sector - Roadmap for Responsible Sourcing of Raw Materials until 2050 (EU Horizon 2020 onderzoek door de Montanuniversität Leoben).
  • de publicatie Metals for a Green And Digital Europe: An Agenda for Action, gepubliceerd door de Green European Foundation en het Wetenschappelijk Bureau GroenLinks.

Just Transition & Feminism

Eind 2020 kwamen meer dan 100 activisten van de Friends of the Earth-federatie over de hele wereld online samen in een serie webinars om te analyseren wat een rechtvaardige energietransitie betekent vanuit een feministisch perspectief. Vrouwen van over de hele wereld staan immers al decennia lang in de voorhoede van het verzet tegen de fossiele industrie. Zowel fossiele- als hernieuwbare energie-ontwikkelingen raken vrouwen direct en zij spelen een belangrijke rol spelen in de energietransitie. Dit leidde in 2021 tot de publicatie If it’s not feminist, it’s not just: Women´s voices, analysis and action towards a Just Energy Transition, die we lanceerden tijdens de klimaatconferentie in Glasgow.

GLA: Waar droegen we aan bij in 2021?
Een aantal voorbeelden

Indonesië

Hemsi, een boer op het Indonesische eiland Sulawesi, kreeg na jarenlange strijd een deel van zijn land terug nadat palmoliebedrijf Astra Agro Lestari het had afgepakt. Hij voert nu, samen met onze Indonesische zusterorganisatie WALHI, de internationale druk op om ook het land van andere boeren terug te krijgen.

Hemsi:  

“Zolang ik leef blijf ik vechten tegen onrechtvaardigheid. Hoeveel bedreigingen of dagvaardingen ze me ook sturen, hoe vaak ze me ook in de gevangenis stoppen, ik stop nooit met het verdedigen van mijn rechten.”


Liberia

In Liberia werden 16 mensen gecompenseerd door een internationaal palmoliebedrijf. Deze mensen zaten een jaar onterecht in de gevangenis na een protest tegen het bedrijf.  We werkten met zusterorganisatie SDI en Liberiaanse advocaten jarenlang aan deze zaak.

Een woordvoerder van de boeren:  

“We hopen dat deze overwinning anderen inspireert om met juridische middelen te strijden voor rechtvaardigheid. Het was een lange reis vanaf 2015 maar uiteindelijk kregen we compensatie voor het onrecht dat ons is aangedaan.”




De Afrikaanse Mensenrechten Commissie

Samen met onze Liberiaanse zusterorganisatie SDI en mensen uit dorpen bij palmolieplantages legden we misstanden vast: zoals landroof, ontbossing, geweld door plantagebewakers en het criminaliseren van boeren die hun land terug willen. De Afrikaanse Commissie voor Mensenrechten (ACHPR) zegde toe dat ze deze schendingen van mensenrechten aankaarten bij de Liberiaanse overheid en bedrijven.

In 2022 willen we nog vaker inzetten op klachten bij internationale instituten om de uitbreiding van industriële plantages tegen te gaan en activisten te beschermen.

Herstel van tropisch bos

Begin dit jaar wonnen we een aanklacht tegen palmoliebedrijf Golden Veroleum Liberia (GVL). GVL is een palmoliebedrijf dat al sinds 2012 onder vuur ligt vanwege grove mensenrechtenschendingen en milieuvervuiling. De uitspraak van de internationale klachtprocedure was helder: GVL moet het bos herstellen.

Verschillende Nederlandse banken, pensioenfondsen en Robeco financierden de afgelopen jaren de bedrijven die deze plantage beheren, terwijl ze wisten van de misstanden. PGGM verkocht gelukkig haar aandelen omdat ze onvoldoende verbetering zag in het duurzaamheidsbeleid.

Kameroen

Centre pour l ‘Environnement et le Développement (CED) is de Kameroenese zusterorganisatie van Milieudefensie. Ze zette zich in 2021 met succes in om de landrechten van dorpen formeel in de wetgeving te krijgen. De minister van Landbouw gaf aan dat hij deze collectieve rechten van groot belang vindt en hij stelt een werkgroep in om dit in de huidige herzieningen van de wetgeving mee te nemen.

CED pleitte ook voor een moratorium op nieuwe landconcessies voor landbouw en bosbouw. Daar was in de media veel aandacht voor. Daarnaast ondersteunde CED 145 mensen uit dorpen die schade ondervinden van een palmoliebedrijf. Zij willen in Frankrijk een rechtszaak aanspannen tegen de eigenaar.

Ghana

Friends of the Earth Ghana trainde in 2021 meer dan 40 leden van 6 lokale gemeenschappen in het Bia West en Juaboso-Bia district om de TIMBY-app te kunnen gebruiken. Met deze app kun je illegale praktijken in tropische bossen rapporteren met je mobiele telefoon. Deze ‘bossenmonitors’ gaven tientallen meldingen door aan de lokale autoriteiten over illegale houtkap. Naar aanleiding daarvan schroefde de overheid de patrouilles op en verminderde de illegale kap aanzienlijk.

Mozambique

We stelden aan de kaak dat de Nederlandse overheid fossiele uitbreidingsplannen in ontwikkelingslanden financiert met exportkredietverzekeringen (EKV’s). Dit deden we samen met organisaties in de betrokken landen, en met Oil Change International, Both ENDS en FoE Europe.

Nederland gaf in 2021 meer dan een miljard euro exportsteun aan een groot gasproject in Cabo Delgado in Mozambique. Deze steun droeg niet alleen bij aan klimaatverandering maar leidde ook tot ernstige schendingen van mensenrechten: veel mensen raakten hun huis, land en bestaansmiddelen kwijt. Het geld dat het gasproject opbracht kwam terecht bij (inter)nationale elites en buitenlandse bedrijven.

Dit leidde in 2021 tot een bloedig conflict met zware gevechten tussen opstandelingen, het leger, huurlingen en buitenlandse troepen. Burgers werden op brute wijze vermoord, vrouwen en meisjes werden slachtoffer van extreem seksueel geweld en meer dan 800.000 mensen sloegen op de vlucht. Inmiddels heeft Total het gasproject stilgelegd, een maand nadat Nederland haar miljard aan exportsteun had toegezegd.

Al jaren waarschuwt Milieudefensie voor de gevolgen voor de bevolking en de impact op het klimaat. In 2021 voerden we een stevige campagne, samen met onze Mozambikaanse partner JA!, Friends of the Earth Europe, Both Ends en SOMO. In samenwerking met parlementariërs werden er in Nederland Kamervragen gesteld en er was kritische media-aandacht.

Ook dienden we een WOB-verzoek in. De eerste bevindingen deelden we met Kamerleden en de media. Hierdoor nam de politieke druk toe en besloot de staatssecretaris van Financiën eind 2021 dat er een onafhankelijk onderzoek moet komen naar EKV-goedkeuringen van meer dan 1 miljard. Dit onderzoek wordt in het derde kwartaal van 2022 aan de Tweede Kamer gepresenteerd.

Via ons WOB-verzoek haalde onze partner Friends of the Earth EWNI cruciale informatie op voor haar rechtszaak tegen de exportkredietverzekeraar UKEF rond het aardgasproject in Mozambique. Deze rechtszaak dient begin 2022.

Togo, Ghana, Uganda

Samen met Both ENDS en onze partners in Togo, Ghana en Uganda verzetten we ons tegen door EKV’s gesteunde fossiele projecten in Afrika. Onze Afrikaanse partners maakten voorlichtingsmaterialen om burgers bewust te maken en zij legden contact met gelijkgestemde organisaties. Dit leidde tot de oprichting van ECA Watch Ghana.

Ook schreven onze Afrikaanse partners beleidsnota’s die zij deelden met nationale beleidsmakers. Zo namen onze Ghanese partners, in samenwerking met het Ghanese Ministerie van Wetenschap en Technologie, deel aan de pre-evenementen van de regering voor de klimaatconferentie in Glasgow.

Argentinië

Met onze partner OPSUR publiceerden we een kritische analyse van het nationale hernieuwbare energiebeleid. Hierbij focusten we op het delen van ervaringen van kleine en middelgrote hernieuwbare energie-initiatieven.

Colombia

Onze Friends of the Earth partner CENSAT werkte in 2021 verder aan het versterken en promoten van lokale initiatieven die een eerlijke omschakeling naar hernieuwbare energie bevorderen. Via online campagnes riepen ze lokale gemeenschappen op hun ervaringen op het gebied van eerlijk omschakelen te delen.

Europees bossenbeleid: Stop de Greenwash

Bedrijven moeten zich niet langer kunnen verschuilen achter certificeringssystemen. Certificering blijkt namelijk vaak een wassen neus. Op dit moment investeren bedrijven nog te vaak in sectoren die zeer schadelijk zijn. Denk bijvoorbeeld aan de palmolie-industrie waar kinderarbeid, ontbossing, landroof en geweld structurele problemen zijn.

De Europese Commissie komt nu met een wetsvoorstel dat ervoor zorgt dat ontbossingsproducten worden geweerd. Ook in Nederland vindt de minister nu dat certificering niet voldoende is in de nieuwe wet voor internationaal maatschappelijk verantwoord ondernemen (IMVO). Dat is erg goed nieuws voor mens en milieu.

Verder toonden we met onderzoek aan dat de procedures rond RSPO-certificering (voor ‘duurzame’ palmolie) ook een wassen neus zijn. Hierover dienden we klachten in. De dorpen rond de palmolieplantages in Ivoorkust, Sierra Leone en Kameroen waren intensief betrokken bij dit onderzoek en spraken zich uit tegen de certificering van Socfin (een gigant in de palmolie-industrie) omdat de huidige praktijken hun rechten schenden en omgeving vernietigen.

Internationale strijd tegen ontbossing

We werkten ook op internationaal niveau aan het behoud van bossen en eerlijke energie.

Zo riepen we in Nederland en Brussel de aanjagers van ontbossing en mensenrechtenschendingen ter verantwoording. Nederlandse banken en pensioenfondsen die palmoliebedrijven financieren bijvoorbeeld. Ook pleitten we voor bindende regels voor banken en het internationale bedrijfsleven. Zodat zij überhaupt geen foute investeringen meer kunnen doen.

Dit is mijn achtertuin

In 2021 gingen we door met het TIMBY-project. Samen met lokale bossenactivisten maakten we gebruik van de TIMBY-app (This Is My BackYard).

Hiermee kun je makkelijk misstanden vastleggen en bewijs verzamelen om bedrijven ter verantwoording te roepen. Hoe? De app slaat de precieze locatie van het misstand op, met beeld en geluid. Friends of the Earth Ghana behaalde hiermee zeer goede resultaten. In de Filipijnen werden met data over moorden en andere schendingen arrestatiebevelen uitgevaardigd en werd formeel onderzoek in gesteld.

Klacht tegen ING in behandeling

In 2020 werd onze klacht tegen ING, die we samen met onze zusterorganisaties in Indonesië en Liberia indienden, in behandeling genomen door het Nationaal Contactpunt van de OESO (Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling).

Onze eis: wij willen dat ING de OESO-richtlijnen naleeft, haar financiële banden verbreekt met 3 palmoliebedrijven en genoegdoening biedt aan gedupeerde lokale gemeenschappen.

De 3 palmoliebedrijven zijn verantwoordelijk voor grootschalige verwoesting van tropisch regenwoud (Noble), landroof (Bolloré) en kinderarbeid (Wilmar). ING weet al heel lang dat deze bedrijven de fout in gaan maar doet te weinig om deze misstanden te voorkomen.

De richtlijnen van de OESO geven aan hoe bedrijven zich horen te gedragen en moeten omgaan met mensenrechten, kinderarbeid, milieu en corruptie. Als het Nationaal Contactpunt oordeelt dat ING de OESO-richtlijnen niet naleeft, heeft dat grote gevolgen: de bank kan worden uitgesloten van handelsmissies, subsidies en overheidssteun in het buitenland. In 2021 voerden we achter gesloten deuren diverse gesprekken met ING, met het Nationaal Contactpunt als mediator. We verwachten dat het traject begin 2022 is afgerond.

Met onze klacht laten we zien dat bindende wet- en regelgeving voor financiële instellingen hoognodig is. De klacht is uniek omdat een bank voor het eerst wordt verweten dat het zélf bijdraagt aan misstanden in plaats van eraan gelinkt te zijn. Als dit erkend wordt, is ING ook verantwoordelijk voor genoegdoening aan de slachtoffers.

Een VN-verdrag voor bindende regels voor bedrijven

Grote internationale bedrijven kunnen vaak ongestraft de wet overtreden. Zij stelen bijvoorbeeld land, verjagen mensen en maken zich soms zelfs schuldig aan mishandeling en moord.

Samen met Friends of the Earth-groepen in Afrika, Latijns-Amerika, Azië en Europese en Nederlandse maatschappelijke organisaties pleiten we voor een ambitieus VN-verdrag met bindende regels voor het bedrijfsleven. Hoe? Door nationale overheden en de Europese Unie te beïnvloeden en daarmee hun standpunt richting de VN. Wij trokken in 2021 samen met IUCN NL, SOMO, Wo=men en ActionAid op om het VN-verdrag onder de aandacht te brengen van de Nederlandse en Europese politiek.

Europese Corporate Sustainability Due Diligence wet

Samen met Friends of the Earth-groepen en Europese en Nederlandse maatschappelijke organisaties pleit Milieudefensie voor een ambitieuze Europese Corporate Sustainability Due Diligence-wet die bedrijven verplicht risico’s op mensenrechtenschendingen en milieu- en klimaatschade in hun ketens te identificeren en te voorkomen.

Ook moeten slachtoffers van schendingen toegang hebben tot een rechter en genoegdoening krijgen. We benaderden nationale overheden, het Europees Parlement en de Europese Commissie om de Europese Unie te beïnvloeden.